Overzicht stories
Persberichten

De tijgermug overleeft de Belgische winter

Spoor tijgermuggen op met de nieuwe app en help hun vestiging in te perken
MEMO+ Isra

Tijdens het steekmuggenseizoen van 2023 vonden Sciensano en het Instituut voor Tropische Geneeskunde (ITG), met de hulp van burgers, de tijgermug (Aedes albopictus) op drie locaties (Lebbeke, Wilrijk en de snelwegparking van Wanlin). Op twee van de locaties, in Lebbeke en Wilrijk, zaten vorig jaar ook al tijgermuggen. Dit betekent dat de exotische steekmug op deze locaties succesvol de winter doorkwam. De meldingen van de tijgermuggen gebeurden door burgers via de website MuggenSurveillance. Dat benadrukt het belang van de bijdrage van burgers. Om de burgerparticipatie verder te vergoten, lanceert Sciensano de ‘Muggensurveillance’-app. Met deze app kunnen burgers nu van overal makkelijk hun foto’s van tijgermuggen insturen.

Afgelopen juli ondervonden twee burgers van de gemeenten Wilrijk en Lebbeke overdag en in de vroege avond overlast van steekmuggen. Ze namen een foto van de tijgermug en stuurden die in via de burgerwetenschapswebsite MuggenSurveillance.be. In dezelfde periode werden ook tijgermugeitjes verzameld via de ter plaatse uitgezette eilegvallen specifiek voor de monitoring van de tijgermug. Dit bevestigt de aanwezigheid en voortplanting van tijgermuggen op beide plekken.

Volgens Isra Deblauwe, entomoloog aan het Instituut voor Tropische Geneeskunde, zijn de recente bevindingen niet verrassend. “De detectie van tijgermuggen in de twee gemeenten komt overeen met de vondsten vorig jaar. Opmerkelijk genoeg werden zowel volwassen steekmuggen als eitjes geïdentificeerd op precies dezelfde locaties. We kunnen daaruit gerust besluiten dat de tijgermug de winter in Wilrijk en Lebbeke heeft overleefd. Dat betekent dat we nu overgaan naar een nieuwe fase in het invasieproces: de vestiging.”

In de vorige jaren kwamen tijgermuggen België binnen via het verkeer en de invoer van tweedehands autobanden en geluksbamboe. Er was echter nog geen bewijs dat ze de winter overleefden. Het is de eerste keer dat de surveillance de overwintering van de tijgermug in België aantoont, wat samen met de aanwezige voortplanting de vestiging van de tijgermug in ons land bevordert. Aangezien Wilrijk en Lebbeke in Vlaanderen liggen, staat het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) momenteel in voor de uitvoering van de beheersmaatregelen. In navolging van de bestrijdingscampagne in 2022, verzorgt het ANB dit jaar drie bestrijdingscampagnes om lokale tijgermuggenpopulaties in Wilrijk en Lebbeke uit te roeien. Twee van deze campagnes hebben al plaatsgevonden en de derde is gepland voor eind augustus 2023.

Iedereen kan helpen om de verspreiding van de tijgermug tegen te gaan. Dat kan door zoveel mogelijk stilstaand water rondom de woning te vermijden. De tijgermug legt namelijk haar eitjes net boven het wateroppervlak tegen de binnenwand van voorwerpen met een kleine hoeveelheid stilstaand water, zoals bloempotten, dakgoten en regentonnen.

Een nieuwe app voor de surveillance van de tijgermug

De bijdrage van burgers aan de surveillance is van onschatbare waarde. Dankzij hun hulp kunnen onderzoekers de aanwezigheid van deze steekmuggen snel identificeren, waarna ze bestreden kunnen worden. Dit vertraagt hun vestiging in België. Om het de burgers te vergemakkelijken, ontwikkelde Sciensano de ‘Muggen Surveillance’ app (beschikbaar voor Android en Apple). Hiermee kunnen burgers in enkele snelle stappen tijgermuggen melden door foto’s te maken of op te laden vanaf hun smartphone.

Javiera Rebolledo Romero, epidemioloog bij Sciensano zegt: “Deze bevindingen laten duidelijk zien dat burgers een belangrijke rol spelen en een grote bijdrage kunnen leveren aan de surveillance van de tijgermug in België. Zo kunnen we niet alleen nieuwe introducties opsporen, maar kunnen we ook zien of er nog een tijgermuggenpopulatie aanwezig is van het ene seizoen op het andere. Het is duidelijk dat het MuggenSurveillance-platform werkt, en om het meldingsproces verder te stroomlijnen hebben we deze app ontwikkeld. We nodigen iedereen uit om de app te downloaden en foto’s van de tijgermug in te sturen wanneer je denkt er eentje te hebben gespot. Onze inspanningen kunnen er samen voor zorgen dat de tijgermug goed wordt gemonitord en bestreden.”

Het MEMO+-project is een samenwerking tussen Sciensano, het Instituut voor Tropische Geneeskunde en de Barcoding Facility for Organisms and Tissues of Policy Concern (BopCo) voor de moleculaire identificatie van exotische steekmuggen. Dit project wordt gefinancierd door de federale en regionale overheden en de gefedereerde entiteiten Leefmilieu en Gezondheid via het Nationaal Actieplan Leefmilieu-Gezondheid (NEHAP).

Spread the word! Deel dit artikel op

Meer stories